De achtentwintigste zwangerschapsweek

Nu is het dan echt zover, hoe je ook rekent: je zit in het derde trimester! Zoals reeds besproken in de zesentwintigste week, gaan verschillende bronnen uit van verschillende trimesterweken. Maar nu bestaat er geen twijfel meer. Waarom je in de achtentwintigste week van de zwangerschap misschien slechter slaapt, sneller buiten adem bent en wat je baby zo allemaal doormaakt, lees je hier!

Hoe ziet het er uit in de buik?

De foetus is ongeveer achtendertig centimeter groot (top tot teen) en weegt zo'n duizend gram.

Je baby oefent gretig de mimiek. Zo kan hij/zij de neus ophalen, geeuwen, het voorhoofd fronsen en glimlachen. Dat gebeurt echter nog niet om een specifieke reden. De bewegingen dienen puur voor het trainen van de gezichtsspieren. Je kindje doet ook de oogjes dicht bij het slapen en opent ze als hij/zij wakker wordt. Je kleintje heeft inmiddels ook al een eigen slaapritme.

Je baby is nu ongeveer zo groot als een grote aubergine.

De ogen hebben nog niet de uiteindelijke kleur, maar afgezien daarvan zijn ze nu geheel ontwikkeld. In de longen wordt meer surfactant (een verbastering van het Engelse ‘surface active agent’) geproduceerd. Zonder dit stofje zouden we niet kunnen ademen. Het zorgt er namelijk o.a. voor dat de longblaasjes niet bezwijken. De productie van dit levensbelangrijke stofje begint rond de vierentwintigste week van de zwangerschap en duurt tot de vierendertigste week. Dit is een van de hoofdredenen waarom bij een vroeggeboorte de ademhaling een grote uitdaging vormt. Als er een vroeggeboorte dreigt, krijgt de moeder daarom de zogenaamde ‘longrijpingsprik’ toegediend, waarmee de productie van surfactant wordt bevorderd.

Een vroeggeboren kindje heeft nu al zeer goede kansen om buiten de baarmoeder te overleven.

Wat gebeurt er met je tijdens de achtentwintigste zwangerschapsweek?

Veel zwangere vrouwen slapen nu slecht. Daar zijn verschillende redenen voor:

• hormonen;
• nerveusheid vanwege de veranderende situatie en de naderende bevalling;
• rugpijn;
• slaaphouding: als je op je rug of je buik slaapt, heb je meer pijn;
• druk op de blaas.

De baarmoeder verandert nu van vorm om de baby geleidelijk de beste uitgangspositie te geven voor de bevalling. Van boven wordt ze dikker en aan de onderkant langer en smaller. Je kindje heeft nog wel een paar weken de tijd om uiteindelijk met het hoofdje naar beneden te nestelen.

De uitdijing van je baarmoeder zorgt ervoor dat je andere organen wat ruimte tekortkomen. Ook je longen hebben nu minder ruimte. Hierdoor kun je letterlijk sneller zonder lucht komen te zitten en kortademig raken. 

Sommige zwangevoormelk kan uit de borst komen.

Ter voorbereiding op het geven van borstvoeding, is een voorzichtige verzorging het beste. Vermijd douchegel en zeep en was de borsten alleen met water, om zo de huid niet te irriteren. Als je een zeer droge huid hebt, kun je ook de tepels onderdeel van je verzorgingsroutine maken en ze insmeren. Door de borsten een beetje lucht te geven en zo nu en dan zonder beha rond te lopen, ‘verhard’ je ze een beetje. Wat je in ieder geval niet moet doen, is met een borstel over je tepels strijken. Dat kan in het ergste geval lijden tot letsel.

Als je zeer platte of naar binnen getrokken tepels hebt (men spreekt dan ook wel van een ingetrokken tepel of een tepelretractie), kun je het beste met je huisarts bespreken of je hier iets aan kunt of moet doen.

Echte ingetrokken tepels zijn zeer zeldzaam. Ze gaan niet rechtop staan als ze gestimuleerd worden, maar trekken zich dan nog verder terug. Of dit ook een probleem gaat worden bij de borstvoeding, kan nu nog niet gezegd worden. Dat hangt er namelijk vooral van af hoe goed je baby daarmee om kan gaan. Voor sommige kinderen is het geen probleem om zelf een zuigvacuüm op te wekken, maar anderen hebben de prikkel van de tepel op het gehemelte nodig om ervan te kunnen drinken. Bij licht ingetrokken of bijna platte tepels kan de borstvoeding ook de vorm ervan veranderen. Aangezien borstvoeding voor de baby de beste optie is, loont het zeker om dit in ieder geval uit te proberen!

Mocht er bij jou in de buurt borstvoedingsgroepen of een borstvoedingsadviespunt zijn, dan is dit een mooie gelegenheid om hier informatie in te winnen, samen van gedachten te wisselen en praktische hulp te bemachtigen. In sommige regio's zijn er ook verloskundigen die speciaal borstvoedingsadvies aanbieden.

Foto: Unsplash