Rond de vierentwintigste week van de zwangerschap beleven sommige zwangere vrouwen een klein schrikmoment: de buik is ineens keihard! Voordat je in paniek raakt, kun je beter eerst hier lezen waarom je niet bang hoeft te zijn voor ‘Braxton Hicks-contracties’ en wat je nog meer te wachten staat tijdens de eindsprint van het tweede trimester!
Hoe ziet het eruit in de buik in de vierentwintigste week van de zwangerschap?
De foetus is ongeveer dertig centimeter groot (top tot teen) en weegt zo'n vijfhonderdvijftig gram.
Heb je je onlangs nog afgevraagd hoe het zou voelen als je baby beweegt? Nu weet je dat waarschijnlijk als geen ander! Bij sommige zwangere vrouwen zijn de bewegingen zelfs vanaf de buitenkant te voelen. Misschien wachtte je partner al vol verlangen op dit moment. Het is ook geen wonder dat het slaan en schoppen beter voelbaar is. De beentjes zijn nu zo sterk, dat je kindje in de buik overeind kan staan en ook kan ‘zitten’.
Je baby is nu ongeveer zo groot als een suikermeloen.
Voor je baby breekt nu een heel belangrijke mijlpaal aan: de longblaasjes ontwikkelen zich. Dit is een van de redenen waarom vroeggeboren baby's vandaag de dag al vanaf de vierentwintigste week kunnen overleven. Daar komt veel medische hulp bij kijken, maar het kan wel! Elke dag telt hierbij. De longblaasjes (alveolen) moeten namelijk nog langer doorgroeien om een belangrijk stofje, tenside of surfactant genaamd, in grotere hoeveelheden te produceren om te voorkomen dat de longblaasjes bezwijken.
De smaakpapillen zijn nu klaar voor gebruik, waardoor je kindje steeds beter in het vruchtwater kan proeven wat jij gegeten hebt. Langzaamaan beginnen ook de ogen open te gaan. Daarnaast gebeurt er nog iets belangrijks: met de witte bloedlichaampjes ontstaat een belangrijk deel van het immuunsysteem.
Wat gebeurt er met je tijdens de vierentwintigste zwangerschapsweek?
Misschien heb je het al ervaren: opeens voelt je buik heel hard aan, alsof je een bowlingbal hebt doorgeslikt. Dit kan een vrij grote schok zijn voor zwangere vrouwen. Oefenweeën kunnen al vroeg in de zwangerschap optreden, maar in eerste instantie gaat het hier maar om kleine delen van de baarmoeder. Hoe verder de zwangerschap gevorderd is, hoe meer baarmoederspieren zich samentrekken en hoe meer je er dus van voelt.
In tegenstelling tot de 'echte’ vroegtijdige weeën, gaan de zogenaamde ‘Braxton Hicks-contracties’ of ‘Braxton Hicks-weeën’ meestal snel weer over. Vaak helpt het al om even anders te gaan zitten en wat water te drinken tegen deze ‘testweeën’. Overigens was John Braxton Hicks een in de obstetrie gespecialiseerde arts die in 1872 beschreef hoe oefenweeën en echte weeën van elkaar verschillen.
Wanneer moet je bij weeën naar de huisarts?
Bij oefenweeën kan de buik onaangenaam hard worden en voel je mogelijk lichte krampen die lijken op menstruatiekrampen. Meestal doen deze niet heel erg pijn. Oefenweeën treden soms ook met relatieve regelmaat op, maar altijd met grote tussenpozen. Echte weeën volgen elkaar binnen enkele minuten op en komen in een golfbeweging. De oefenweeën verdwijnen meestal als je je even ontspant. Warmte wil ook vaak helpen; ga dus bijvoorbeeld even in een warm bad zitten.
Je dient bij weeën je huisarts in te schakelen als:
- de weeën vaker dan drie keer per uur opkomen;
- of vaker dan tien keer per dag voorkomen;
- je veel pijn voelt;
- je last hebt van bloedingen.
Stress en lichamelijke inspanning kunnen weeën laten opkomen. Neem dus vaker even wat rust, leg je benen omhoog en probeer te ontspannen. Voorweeën helpen in tegenstelling tot oefenweeën de baby om dieper in het bekken te glijden en komen daarom vooral voor in de laatste week van de zwangerschap. Soms komen deze pas op wanneer de geboorte aanstaande is.
Mogelijke onderzoeken in de vierentwintigste zwangerschapsweek
Je bloed kan worden getest op de rhesusfactor en bepaalde antilichaampjes. Dit wordt vooral gedaan wanneer jij zelf rhesus-negatief bent, maar je kind rhesus-positief. Bij een eerste zwangerschap vormt dit onderscheid nog geen probleem. Maar bij daaropvolgende zwangerschappen kunnen de antilichaampjes schade toebrengen aan de baby.
Rond de vierentwintigste week van de zwangerschap kan er ook op zwangerschapsdiabetes worden getest. Hierbij wordt gecontroleerd hoe je lichaam suiker afbreekt. Als je waarden op zwangerschapsdiabetes duiden, wordt er meestal een voedingsadvies gegeven. Deze bijzondere vorm van suikerziekte is waarschijnlijk hormonaal van aard en verdwijnt meestal na de geboorte vanzelf. Meestal is het dus voldoende om tijdens de zwangerschap een beetje voorzichtig te zijn met bepaalde voedingsproducten.
Afbeelding: Shutterstock